Teken

Een tekenbeet kan grote gevolgen hebben. Dat de kleine bloedzuiger de ziekte van Lyme kan verspreiden, is ondertussen gekend. Maar niet alle soorten teken zijn verlekkerd op mensen, niet alle teken zijn besmet, een besmette teek draagt niet noodzakelijk ziektes over en bij besmetting word je niet per se ziek.


Er is dus geen reden tot paniek. Teken mogen je niet tegen houden om op pad te gaan. Met de nodige voorzorgen en alertheid kun je blijven genieten van de natuur.

Wat zijn teken?

Teken zijn geen insecten. Kenmerkend zijn de acht poten, het ontbreken van vleugels en antennes, een kleine kop en een opvallend achterlijf. Een volgezogen teek lijkt bijna bolvormig.

Wat moet ik doen?

Wat kun je zelf doen?

Tekenbeten vermijden
Je kunt tekenbeten vermijden door op de paden te blijven en kledij te dragen die het lichaam helemaal bedekt. Ook bij warm weer zijn lange mouwen, broeken, kousen en laarzen aangewezen. Controleer je lichaam grondig na een tocht. Check zeker warme, vochtige plaatsen zoals de liezen, oksels, knieholten en gevoelige zones als oogleden, oren en schedel.

Tekenbeten aanpakken
Ben je toch gebeten, verwijder de teek dan zo snel mogelijk met een aangepaste tekentang of pincet.

  • Neem de kop vast en trek de teek langzaam recht naar boven uit de huid. Bij draaibewegingen kan de steeksnuit afbreken;
  • Ontsmet de wonde en pincet of de tang grondig en was je handen;
  • Verdoof of ontsmet de teek nooit met alcohol of andere middelen;
  • Controleer de plaats van de tekenbeet regelmatig gedurende enkele weken en let hierbij op vlekken, ringen, griepsymptomen of een verdacht ziekteverschijnsel.
    Treden deze op, raadpleeg dan zo snel mogelijk je arts. Er kan een antibioticumbehandeling worden voorgeschreven. Voor tekenencefalitis kun je je (minstens) 1 maand op voorhand laten vaccineren.

Heb je een tekenbeet opgelopen, meld dit dan via de website TekenNet.

;